Het gaat daarbij om kunststof drinkbekers en portie vormvaste voedselverpakkingen voor eenmalig gebruik voor consumptie ter plaatse en bij meenemen, afhalen of bezorgen. De recente Kameruitspraken die zijn gedaan n.a.v. de maatregelen in de Ministeriële Regeling zorgen namelijk voor veel onduidelijkheid bij de achterbannen van de organisaties:
- Motie Dijk (36 410 XIII Nr. 50) waarin de regering wordt verzocht de verplichting tot beprijzen af te schaffen.
- Motie Haverkort c.s. (32852 Nr. 278) waarin de regering wordt verzocht om papieren bekers en bakjes met max. 5% kunststof coating van de MR uit te zonderen mits conform de eisen in de MR worden gerecycled en om niet te handhaven tot de MR is aangepast.
- Motie Haverkort c.s. (32852 Nr. 279) waarin de regering wordt verzocht de definitie van hoogwaardige recycling te verbreden naar de definitie van het Europees Parlement, als amendement op de PPWR ingediend.
Producenten van zowel verpakkingen als levensmiddelen en exploitanten en supermarkten werken er hard aan deze wettelijke verplichtingen te kunnen voldoen en er wordt fors geïnvesteerd om binnen de beperkte transitieperiode de gestelde deadline te halen. Omdat 1 januari 2024 (voor het verbod op de verpakkingen bij consumptie ter plaatse) zo dichtbij is en er met man en macht wordt gewerkt aan het voldoen aan de wettelijke verplichtingen, is het van groot belang dat er snel duidelijkheid komt over de consequenties van de Kameruitspraken voor de maatregelen waar het gaat om timing, inhoud en handhaving.