Volgens FNLI moet dit bijdragen aan een objectivering van de discussie over gestegen voedselprijzen. Aanleiding van het onderzoek is volgens de ACM dat er signalen zijn dat de prijzen van sommige boodschappen in Nederland hoger zijn dan in omringende landen. FNLI begrijpt de zorgen van consumenten over de prijsstijgingen in de supermarkt als gevolg van voedselinflatie. Tegelijkertijd maken voedingsmiddelenfabrikanten zich al langer zorgen over de marktverhoudingen en de alsmaar toenemende druk op de laagste prijs door inkoopallianties en supermarkten. Die ontwikkeling staat namelijk haaks op de gezamenlijke verduurzamingsopgaven. Er blijft op deze manier steeds minder ruimte over voor de noodzakelijke investeringen in verduurzaming.
Prijsverschillen van boodschappen
Prijzen van boodschappen in de winkelschappen worden bepaald door supermarkten. Prijsverschillen zijn er voor alle producten, zowel A-merken als huismerken, binnen een land en zeker over de grens. Onderzoek laat zien dat de prijzen in Nederland onder het EU-gemiddelde liggen. Het algemene prijspeil in Nederland ligt 21 procent hoger dan het EU-gemiddelde in 2024, terwijl de prijzen voor voedingsmiddelen 1,1 procent lager liggen dan het EU-gemiddelde. In Nederland worden veel producten vaak in de promotie gekocht. Dit complexe systeem met (gepersonaliseerde) kortingen en bulkaanbiedingen draagt bij aan de perceptie van hoge prijzen.
Er zijn legitieme verklaringen waarom er prijsverschillen op de interne markt kunnen bestaan tussen (vrijwel) identieke producten die op verschillende markten worden aangeboden. Bijvoorbeeld als gevolg van verschillen in wetgeving en fiscale regimes tussen Europese lidstaten. Accijnzen, btw en specifieke belastingen zoals verbruiksbelasting op frisdrank en energiebelastingen zijn medebepalende factoren. Daarnaast spelen economische factoren – zoals het lokale concurrentieveld, de marktomvang en verschillen in kostenniveaus van productie en logistiek in verschillende landen – een bepalende rol.
Voedselinflatie
De prijzen van boodschappen zijn de laatste jaren fors gestegen, onder andere doordat de kosten voor grondstoffen, energie en arbeid omhoog zijn geschoten. Ook geopolitieke spanningen jagen de kosten in de hele voedselketen verder op. FNLI roept de politiek daarom op om terughoudend te zijn met fiscale maatregelen die de kosten van voedselproductie en -consumptie verhogen en daarmee de voedselinflatie verder aanjagen.
Vrij handelsverkeer en gezonde marktwerking
In de voedingsmiddelensector gelden duidelijke Europese spelregels voor onder andere vrij handelsverkeer. Deze regels waarborgen eerlijke behandeling voor alle partijen in de keten en garanderen consumenten keuzevrijheid en betaalbare prijzen.
Retailers kopen dan ook al volop in, in het buitenland. Het is ook in het belang van de voedingsmiddelensector dat er geen handelsbelemmeringen in Europa zijn; concurrentie op de open Europese markt is cruciaal.
Betrek alle typen marktpartijen bij het onderzoek
FNLI zal haar visie op de marktverhoudingen delen met de ACM en vraagt haar alle typen marktpartijen – groot en klein – bij het onderzoek te betrekken, om een zo goed mogelijk beeld te krijgen van de marktwerking voor voedingsmiddelen in Nederland. Bedrijven in de levensmiddelenindustrie zijn namelijk divers: van nationale en internationale A-merkfabrikanten, tot grote en kleine producenten die voor huismerken produceren en coöperaties.