Er is steeds meer aandacht voor de stijgende prijzen van onze boodschappen. Op donderdag 10 april gingen enkele voedingsmiddelenproducenten hierover in gesprek met leden van de Tweede Kamer.

Op uitnodiging van de vaste commissie voor Economische Zaken gingen onder andere supermarkten en voedingsmiddelenproducenten in gesprek met de Tweede Kamer over de prijs van boodschappen. Dat boodschappen duurder zijn geworden merkt iedere consument. En producenten begrijpen die zorgen heel goed. Kamerleden wilden beter begrijpen waaróm dat zo is. Producenten die dag in dag uit voor de productie van goede, veilige voedingsmiddelen zorgen en zich daarbij inzetten om die zo betaalbaar mogelijk te houden, lichtten onder meer toe waardoor de prijzen zo zijn gestegen.

Stijgende grondstoffen- en energieprijzen

Een belangrijke oorzaak voor de gestegen prijzen van boodschappen zijn de gestegen grondstofprijzen, als gevolg van onder andere mislukte oogsten als gevolg van klimaatverandering en onzekerheden die samenhangen met de geopolitieke situatie. Ook stijgen lonen en is energie veel duurder geworden, wat heeft geleid tot hogere productiekosten voor producenten.  

Prijsverschillen tussen Europese landen

Alle aanwezige partijen waren het er over eens dat boodschappen in Nederland over het geheel genomen níet duurder, maar zelfs wat goedkoper zijn dan in de landen om ons heen. Producenten legden uit dat zij niet gaan over de prijs in de supermarkt: de uiteindelijke prijs die de consument betaalt, wordt bepaald door de supermarkt. Zo kan het voorkomen dat sommige producten in Nederland duurder zijn, en andersom zijn er producten die juist duurder zijn in bijvoorbeeld België. Waar prijzen in Nederland hoger zijn kan dat komen door hogere accijnzen en btw in ons land en verschillen in belastingen en heffingen op bijvoorbeeld energie en plastic.  

Op de vraag waarom winstmarges van supermarkten zo laag zijn vergeleken met die van producenten gaven producenten aan dat de businessmodellen onvergelijkbaar zijn. Het gemiddelde rendement op geïnvesteerd kapitaal is namelijk vergelijkbaar voor beide partijen, zo blijkt uit onderzoek van de Wageningen Universiteit. En de winst van producenten wordt gebruikt voor investeringen voor de langere termijn in onder andere duurzaamheid en productinnovaties.  

Belangrijkste conclusies van het rondetafelgesprek

  • Producenten en supermarkten realiseren zich goed dat consumenten en Kamerleden zich zorgen maken over de betaalbaarheid van boodschappen.  
  • Marktpartijen en de overheid hebben een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor het betaalbaar houden van boodschappen. 
  • Nederland is een promotieland, aanbiedingen zijn heel belangrijk voor de zeer prijsbewuste Nederlandse consument.
  • De politiek kan een rol spelen bij het behoud van goede marktwerking en voldoende concurrentie.  

Tweede Kamerleden gaven aan later nog verder te willen praten over dit onderwerp.